interview

Een interview met Stijn de Meulenaere, over het belang van jeugdwelzijnswerk.

Wat is dat eigenlijk, het jeugdwelzijnswerk van D’Broej ?
stijn de meulenaereStijn de Meulenaere: "D’Broej (www.dbroej.be) is een koepelorganisatie van 8 jeugdwerkingen en een steunpunt voor andere initiatieven. Wij bereiken ongeveer 1500 kinderen en jongeren uit de armste buurten in Brussel. Het verschil met een regulier jeugdhuis zit in het publiek dat komt: het gaat altijd om de Brusselse jongere die het op school moeilijker heeft dan het gemiddelde, of die afgehaakt heeft. Jongeren die moeilijk werk vinden, tegen wil en dank." Enkele cijfers afkomstig van een onderzoek van Kesteloot en Slegers en uit de Armoedeatlas 2011.

In 2008, werd in Brussel een vierde (24,7 %) van de baby’s geboren in een huishouden zonder inkomen uit arbeid. 17% van de Brusselse leerlingen begint het eerste jaar secundair onderwijs met een achterstand van minstens 2 jaar. Meer dan 25% van de Brusselse jongeren stopt vroegtijdig met school. 40,2 % van de jonge werkloze Brusselaars heeft hoogstens een diploma lager secundair onderwijs en volgde geen onderwijs meer. 23% van de Brusselaars verklaren dat ze slechts weinig personen hebben op wie ze kunnen rekenen in tijden van nood. Vooral de bevolking met een achtergestelde sociaaleconomische positie heeft vaak een beperkte steun van hun sociale omgeving.

Stijn: "Veel van deze jongeren hebben nood aan extra aandacht omdat de problemen in hun dagdagelijkse leven hun ontplooiing serieus in de weg staan. Voor die jongeren is het leven als een wedstrijd hordelopen, maar met een serieuze handicap ten aanzien van andere deelnemers. De 3 welzijnswerkers van D’Broej proberen een coach voor hen te zijn. Hun doel: de jongeren bijstaan in het nemen van de hindernissen. We doen dit vandaag met 3 personeelsleden. Als de VGC daarin gaat schrappen dan wordt dit een onmogelijke opdracht. Als we alle jongeren een kans willen geven in deze maatschappij is dit soort werk een noodzaak. Daarom trekken wij aan de alarmbel en uiten we onze ongerustheid. Wij laten onze kinderen en jongeren niet in de kou staan."

Kun je uitleggen wat jullie concreet doen?
Touria Aziz, jeugdwelzijnswerkster van D'Broej: "Ik wil het voorbeeld geven van Sophie (een fictieve naam). Ze is nu 22 jaar. Vier jaar geleden volgde ze een opleiding op een Centrum voor Deeltijds Onderwijs maar vond geen bedrijf voor het werkplekleren. Ze was toen 19 jaar, ze had een grote schoolachterstand opgelopen en was schoolmoe, mede omwille van een zeer moeilijke familiale situatie (armoede, mishandeling, ...). Gedurende 2 maanden hebben we samen naar stageplaatsen gezocht (via jobsites, een doorverwijzing, aanspreken netwerk, ...), maar dat leverde geen resultaat op. Mede door deze ervaring staat Sophie nu terug open voor voltijds onderwijs, waar ze in januari aan begint. We zochten samen naar steun in het jeugdhuis en daarbuiten en ze kon slagen voor haar 5de jaar in het voltijds beroepsonderwijs. Tegelijkertijd deden we samen een aanvraag bij het OCMW, waardoor Sophie een geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie verkreeg.

Daardoor werd haar situatie meteen wat draaglijker. Ze leefde op dat moment samen met haar ouders én zieke zus in een éénkamer-appartement in slechte staat, zonder privacy of ruimte om te leren. Haar familie zat al jaren in een procedure voor de toekenning van een sociale woning. Ondanks de vele voorrangspunten waren ze nog steeds niet aan de beurt, vooral omwille van de vereiste van een driekamer appartement. Door een aanhoudende begeleiding met tussenkomsten op school, het OCMW, de familie, het jeugdhuis, een studentenjob bij D'Broej, ... slaagde Sophie erin om ook haar 6de en 7de jaar tot een goed einde te brengen. Vorig jaar deden we een aanvraag voor vrijstelling van de vereiste van een driekamerappartement voor het gezin bij alle openbare vastgoedmaatschappijen waar ze op de wachtlijst stonden. Zo konden ze naar een degelijke woning verhuizen met twee slaapkamers in Vorst. “Voor het eerst in mijn leven schaam ik me niet meer voor mijn huis, ik kan nu ook thuis met iemand van mijn klas studeren”.

Dit jaar is Sophie aan hoger onderwijs begonnen, ze koos voor boekhouding omdat dat haar favoriete vak was in het secundair. Maar ook nu gaat alles niet vanzelf, opnieuw is er de confrontatie met de achterstand, het zoeken naar oplossingen, hulp, bemiddeling en steun. "